Heilige Jozef met Kind [verdwenen] - Wappersstraat (Wapper)

1712 (eerste beeld), natuursteen + 1906 (tweede beeld)

Op het trottoir, voor een tuinmuurtje tussen het nr. 11 en 13 van de Wappersstraat - pal tegenover de Jodenstraat - stond nog tot in 1906 een beeld van de H. Jozef met Jezuskind op de rechterarm. Het bekroonde een natuurstenen pijler van een vroegere wijkpomp; achter het beeld was een grote stralenkrans aangebracht en ervoor een lantaarn. Het geheel was in 1712 door een buurtgenootschap opgericht, in de Franse periode in veiligheid gebracht en herplaatst na het vertrek van de Fransen, omstreeks 1815.

In 1906 werd het onbebouwd perceel ingenomen door een nieuwbouw en moest de oude pompzuil met beeld verdwijnen. Maar het beeld van Jozef met Kind bleef toen bewaard. Het werd in een nabijgelegen tuin aan de Wappersstraat herplaatst, en moet van de straatzijde nog wel te zien zijn geweest. Maar drie jaar later (1909) werd ook die tuin ingenomen door bebouwing, Jozef bleef evenwel, ditmaal opgesteld in een nis (volgens Thyssen).

In 1906 was - in de onzekerheid over het lot van het beeld uit 1712 - een nieuw beeld van de H. Jozef in een gevelnis van de Wappersstraat 17 aangebracht. Dat wordt nog vermeld in 1955 (De Lattin) en blijkt omstreeks 1965 te zijn weggenomen door de Stad Antwerpen. Destijds werd het bewaard in een kelder van de Stadsfeestzaal op de Meir (zie brief Stad Antwerpen, 31 mei 1966). <noot 1>

Het ganse bouwblok gelegen tussen Wappersstraat en Rubensstraat verdween in de periode 1965-1970 voor de aanleg van de kuierzone die we vanaag nog kennen. De straatnaam werd toen ook opnieuw Wapper.

Wanneer het eerste beeld, dat van 1712, verdween is ongeweten.

• Noot 1. — Anno 2016 blijkt dit 'groot stenen Sint-Jozefbeeld' van 1906 nog bewaard, met "wat losse attributen, een lantaarnarm en een marmeren gedenkplaatje (...)" [mededeling Jerry Driesen aan WS, 18-07-2016]

Boven met detail : de foto in het Stadsarchief 'Jodenstraat, het Madonnabeeld (sic - WS) aan de Wapper, Antwerpen ca. 1905'.

Onder: een actuele opname met gelijk camerastandpunt. Op de achtergrond het Rubenshuis. (foto WS, 2015)

Archief en literatuur:

Archief: Hs1491, [f° 12v°-13r°]; SAA, 1905 # 1089 (aanvraag 25/05/1905 door Dens, Ch. voor M. Moureau; Bouwen van een huis; Wapper, tussen 11-13); Brief Stad Antwerpen, D4/G/66/6010 (4e directie, 31 mei 1966), gesigneerd E. Zanen, J. Posson; aan: Voor Kruis en Beeld; In antwoord op brief d.d. 17 december 1965 - (Archief Voor Kruis en Beeld)
Iconografie: SAA, FOTO-OF # 6054 (sa028065) - "De Jodenstraat met op het einde het Madonnabeeld aan de Wapper. Het beeld werd later verplaatst naar een muurnis verderop."
Litratuur: Thyssen 1902, p. 271-274; Thyssen 1922, p. 205-209; Lattin 1938, p. 253, 255; Lattin 1955, p. 391; Schoups 2007, p. 127
Referentie: vkb1.1024 (eerste beeld, 1717), vkb1.1023 (tweede beeld, 1906)


Teksten:

* Wapperbrug. Groot standbeeld van den H. Jozef met het Kindje Jezus op den arm. Wijkpomp. A° 1712 door Erasmus Quellin vervaardigt. [Hs1491, f° 12v°-13r°]

* Sint-Jacobsparochie (bestaande beelden)
Wapperstraat. - 170. H. Jozef. - Tot in Februari 1906 zag men in deze straat op het voetpad, juist over de Jodenstraat, eene groote zuil, waarop zich een statig St-Jozefsbeeld verhief. Deze zuil, die door een knap bouwmeester moet ontworpen zijn geweest, was bovenwaarts aan de voorzijde, versierd met een gebeeldhouwd rondeel, waarin te lezen stond:
"S.
JOSEPHO
ANN°
1712".

De volgende bijzonderheden hebben wij nopens dit godsdienstig denkmaal ingeoogst:
Toen in 1672 Antwerpen's bevolking door eene verslindende pest geteisterd werd, bestond er op de gronden van het thans gesloopte Arsenaal, bij de Graanmarkt, een, klooster van Ongeschoende Karmelieten, waar de H. Jozef zeer vereerd was. In de kerk dezer paters bestond er een Genootschap te zijner eer, dat later, in 1781, door den bisschop van Antwerpen, Reginaldus Cools, tot Broederschap verheven werd, onder den titel der Bescherming van den H. Jozef.
Om van de vreeselijke pest verlost te worden, stelden de geburen vast, wekelijks eene Mis te doen lezen te 9 uur, ter eere van Jezus' voedstervader. Van dien oogenblik, verhaalt in zijn werkje, pater Polycarpus, kloosteling der voorgemelde orde, is er slechts nog één huisgezin, dat met die godsvrucht den spot scheen te drijven, door de pest aangevallen geweest: ook beloofden de geburen, op eene openbare plaats der stad, een beeld van den H. Jozef te zullen oprichten. Of nu de belofte vergeten werd, ofwel dat het aan genoegzame gelden ontbrak, weten wij niet, maar het was eerst veertig jaar later, in 1712, dat men er aan voldeed, zooals het opschrift op de kolom getuigt.
Het mangelt ons aan inlichtingen nopens den kunstenaar, die dit beeld beitelde en de onkosten, te dien einde gerezen. Het eenige dat wij daarover weten is, dat het toenmalig magistraat onzer stad, aan de belanghebbenden eene toelage schonk van 100 gulden of ponden artois. Dat wordt in de stadsrekening van 1710 in de volgende bewoordingen aangeteekend:
"Aen de gebueren inde Jodestraet alhier, de somme van hondert ponden artois, de welcke op het presenteren van hunne requeste by apostille collegiael op de selve gemargeert den 28 Meert XVJc thien, hun van stads wegen toegevoeght ende vergunt syn tot het helpen becostigen van het beeldt vanden heyligen Joseph, dat sij sullen stellen opden Wapper, recht over de Jodestraet, beider in de selve regte vermelt, enz."

Korts na de oprichting van het beeld op gezegde plaats, stichtten eenige vrome lieden een genootschap tot deszelfs onderhoud en verlichting.
In den loop zijns bestaans heeft het genootschap sombere dagen beleefd. De Fransche Omwenteling, sinds lang uitgeborsten, scheen al wat eenigszins van Godsdienst getuigde, te willen verdelgen. De geburen van den Wapper, ziende den vernielingsgeest meer en meer veld winnen, oordeelden het noodig het beeld van zijn voetstuk te nemen en het te dragen bij den heer Keersgieter, rentenier in de Schuttershofstraat, waar het bewaard werd tot de dood van dezen braven man; daarna nam de heer Ansiau, steenhouwer op den Wapper, het beeld in zijn huis tot na Napoleon's val, wanneer het terug op zijne eereplaats hersteld werd. Na eenige jaren, ondanks al de moeite der brave familiën Verreijt en Putzeys aangewend, geraakte het genootschap in verval. In 1845 nam de Eerw. Heer J. Ansiau († 1879) het bestuur in de hand en welhaast was alles in den voorvaderlijken luister hersteld, zoodat men in 1862 in staat was met plechtige diensten in St-Jacobskerk en met prachtige versieringen het 150e jubelfeest der plaatsing van dit beeld te vieren.

Ongelukkig kwam een betreurend voorval het genootschap treffen.
Van heuglijke tijden, was het beeld omringd van zes boomen, welke later verminderd waren tot twee, die met de toppen in elkander geslingerd, eene schoone kapel rondom en over hetzelve vormden, en alzoo een zeer schilderachtig voorkomen aan de groep gaven.
In April 1879 kwam een persoon, die reeds twaalf jaren naast het beeld woonde, bij den hoofdman. Voorzien van eene toelating, afgeleverd door den burgemeester L. De Wael, eischte hij de wegruiming der boomen, voorwendende dat deze zijn huis schade toebrachten, daarbij dreigende, indien de boomen niet uitgedaan werden, dezelve met geweld te doen uitroeien.
Het bestuur besloot dan, op het geweldig aandringen van dien weinig verdraagzamen man, de boomen uit te doen, doch slechts in de maand October, daar zij thans in vollen bloei stonden.

In Maart 1880 werd er achter het beeld, op een stuk grond toebehoorende aan Mevr. De Wijndt, een nieuwe boom geplant, die in den zomer met zijne bladeren een overheerlijk voorkomen aan het St-Jozefsbeeld gaf.
Oprecht hartroerende gevoelens van godsvrucht laten de confreers blijken in hun rekeningboek:
"Blijven wij, overtuigd van zijne machtige voorspraak, ons betrouwen stellen op den H. Jozef; ... trachten wij alle godsdienstige personen aan te zetten hunne namen in dit genootschap te laten schrijven, om door het bijbrengen van hunnen geringen penning, het licht voor het beeld te doen branden; hetzelve te versieren en in goeden stand te houden en de zielmissen voor ieder overleden lid te doen lezen; hierdoor zullen wij toonen, dat wij geenszins verflauwd zijn in de plicht welke onze voorouders ons hebben nagelaten, en wij zullen in bange oogenblikken met volle vertrouwen op de voorspraak van den H. Jozef mogen rekenen."

Tijdens het jubelfeest, in 1871, las men aldaar:
"De geburen van S. Joseph vieren den Jubile van Plus IX.
Pius verklaart den H. Joseph beschermer der H. Kerk.
sInt Joseph besCherMt aLLe ChrIstenen DIe nU JUbel VIeren.
pIUs steLt Den heILIgen Joseph besCherMer Van JesUs' sChaapstaL.
Moogt gij dan nog rustig leven Lieve Vader! en opdat Gij ons zoudt uw zegen geven Wenschen we u proficiat.
DIVUs Joseph beLgII aC pII MagnI pontIfICIs regIs proteCtor".

In 1905 oordeelde het de eigenares gepast den kavel grond, waarop de voorgemelde lindeboom waste, te benuttigen voor het opbouwen eener woning, hetgeen voor gevolg moest hebben, de verdwijning van kolom en beeld. Ondanks het verzet der leden van 't genootschap en van talrijke geburen, geschiedde dit den 15 Februari, 1906, doch er kwam dan ook in vervanging een schoon nieuw St-Jozefsbeeld te voorschijn, te midden van het nieuwe huis n. 17.

Maar daarmede waren zij, die protest aangeteekend hadden, nog niet in hunnen schik; immers, zij verlangden niets anders dan de oude beeltenis terug te zien, en dit wel in de Wapperstraat. Aanhoudende pogingen wendden zij dan ook steeds aan om dit doel te bereiken, tot dat eindelijk wijlen Mevr. Edm. Legrelle-de Wael hen toeliet, het beeld in haren hof te plaatsen, derwijze, dat het in de Wapperstraat zichtbaar was.
Op 10 Maart 1906 betrok het bijna twee eeuwen oude St-Jozefsbeeld zijne nieuwe plaats en te dier gelegenheid werd er in St-Jacobskerk eene plechtige Mis van dankzegging opgedragen.
In December 1909 werd er wederom gevreesd voor eene mogelijke verhuizing, daar het stadsbestuur eigenaar geworden was van het hotel Legrelle en bureelen ging opbouwen op dezes hoving in de Wapperstraat. Dit gevaar werd, Goddank, door de vastberadenheid der erfgenamen van wijlen Mevr. Legrelle verijdeld, die de stipte naleving der verkoopsvoorwaarden eischten.
Nu prijkt de heerlijke beeltenis in eene nis, waaronder het opschrift
"Uit dankbaarheid door de geburen opgericht 1712.
Uit godvruchtigheid alhier geplaatst 10 Maart 1906".

[Thyssen 1922, p. 205-209]

* (Fotobijschrift) Zicht op de toenmalige Wapperstraat vanuit de Jodenstraat in of kort voor 1905. Voor een onbebouwd perceel afgesloten met een muurtje, stond een beeld van de H. Jozef met Jezuskind op de linkerarm op een natuurstenen pijler (vroeger een wijkpomp). Het geheel, in 1712 door een buurtgenootschap opgericht, verdween in 1906 bij een nieuwbouw. (WS) - Foto Stadsarchief Antwerpen. [Schoups 2007, p. 127]

* Wappersstraat. Beelden.
H. Jozefbeeld in nis (anno 1712) - met lichtarm.
Dergelijk beeld bekroonde tot in 1906 eene groote zuil op het voetpad over de Jodenstraat daar opgericht in 1712 tot bestrijding der pest. Tot in 1879 was het beeld er omringd van zes boomen welke in dit jaar gekapt werden. Het volgend jaar werd achter het beeld een nieuwe boom geplant. In 1905 werden boom, zuil en beeld verwijderd en werd een nieuw St Jozefsbeeld op zijn huidige plaats opgericht. [Lattin 1938, p. 253, 255]

* Wappersstraat. Beelden.
H. Jozefbeeld in nis (anno 1712) - met lichtarm.
Soortgelijk beeld bekroonde tot in 1906 een grote zuil op het voetpad over de Jodenstraat, daar opgericht in 1712 tot bestrijding van de pest. Tot in 1879 was het beeld er omringd van zes bomen welke in dit jaar geveld werden. Het volgend jaar werd achter het beeld een nieuwe boom geplant. In 1905 werden boom, zuil en beeld verwijderd en werd een nieuw St Jozefsbeeld opgericht. [Lattin 1955, p. 391]

* 15) Een O.L.Vrouwbeeldje [sic, recta 'H. Jozef met Kind' - WS], vervaardigd in 1906, eertijds opgesteld in de nu reeds gesloopte gevel van het huis Dans (sic, recta 'Dens' - WS), zijde Wapperstraat is thans geborgen in de kelders van de stadsfeestzaal Meir. Het was eigendom van een geburenkring.
[Brief Stad Antwerpen, D4/G/66/6010 (4e directie, 31 mei 1966), gesigneerd E. Zanen, J. Posson; aan: Voor Kruis en Beeld; In antwoord op brief d.d. 17 december 1965].

 

 


In samenwerking met:

koning boudewijn stichting


Gesponsord door:

Bank Mercier Van Lanschot

We use cookies
Wij gebruiken cookies op onze website. Sommige zijn essentieel voor de werking van de site, andere helpen ons om deze site en de gebruikerservaring te verbeteren (tracking cookies). U kunt zelf beslissen of u cookies wilt toestaan ​​of niet. Houd er rekening mee dat als u ze weigert, u mogelijk niet alle functionaliteiten van de site kunt gebruiken.